Sint Josephkapel
Op 5 november 1999 werd de door Stichting Rura gerestaureerde St. Josephkapel in de Weerd door de Deken van Roermond, Mgr. Dr. Th.G. Willemssen z.g. ingezegend. Het gebouw was van binnen en van buiten totaal gerenoveerd en de religieuze schilderingen op de gewelven gerestaureerd.
Geschiedenis van de Sint Josephkapel in de Weerd
Rond het jaar 1326 wordt het gebied de Weerd voor het eerst als locatie genoemd in de Roermondse archieven. Enkele jaren later, in 1342, kocht de stad Roermond van Wilhelm, Heer van Horn en Altena, het recht om de Maas te vergraven door de Levereweerd, een Gelders leengoed. Dit betekende het graven van een nieuwe Maas tussen Ool en de bedding van de Roer ten noorden van de stad. Roermond kwam daardoor aan de Maas te liggen en kreeg een haven langs de Maas, in de Roer. In het jaar 1347 is er dan al sprake van een bestaande, nieuwe Maas. Het werk is dus voortvarend uitgevoerd!
Oorspronkelijk, dus voor het jaar 1342, stroomde de Maas veel meer westwaarts, ongeveer ter hoogte van het huidige lateraal kanaal. Roermond had een haven in die oude Maas. Deze oude haven en het aanpalend gebied lagen aan weerskanten van de Hornse Maas, de grens tussen Gelre en Horn. Direkt na de aanleg van de nieuwe Maas verloor de oude Roermondse haven natuurlijk zijn belang. Het gebied van die oude haven blijkt in het begin van de vijftiende eeuw wel nog steeds Havengriend te heten. Het werd door de stad in erfpacht uitgegeven aan diverse particulieren voor in totaal 8 malder rogge (1341 of 936 kilo) per jaar. Herrekening door het Roermondse Gemeentearchief laat zien dat het gebied van de Havengriend 13,7 hectare groot moet zijn geweest ofwel rond 15 Roermondse bunder. De waarde werd gesteld op 10 gouden schilden per bunder, tegen de prijzen van nu € 325,00 per bunder ofwel in totaal € 4.900,00.
In de vijftiende eeuw worden de erfpachters voor en na afgekocht. Er ontstaat dan bebouwing in de Weerd. Rond 1550 is dat te zien op een landkaart van Jacob van Deventer. De Hornse Maas is dan nog bevaarbaar en heeft een breedte van ongeveer driemaal die van de Roer, maar slechts eenderde van de nieuwe Maas. Er lag een veer op de Hornse Maas, half eigendom van de heer van Horn, half van de Roermondse Erfvoogd. Aannemelijk is, dat de Havengriend en de Veerstoel gelegen moeten hebben in de bebouwde kern van de Weerd, dichtbij de huidige kapel.
Het visrecht ter plaatse kwam aan de Munsterabdij toe. Het Mariagardeklooster had in de nabijheid samen met de heer van Horn een of meerdere grote boerderijen die 60 Rijnguldens pacht per jaar moesten doen, een in die tijd niet onaanzienlijke som.
De Weerd was voornamelijk weidegebied. De Roermondse Erfvoogd mocht als enige daar schapen laten houden. De beide veren tussen Horn en Roermond (dus over de nieuwe Maas en de Hornse Maas) waren bescheiden. Het veer in Ool was veel belangrijker en groter. De bewoners van de Weerd zullen dus erg geisoleerd gewoond hebben.
Klik hier voor meer informatie over de Sint Jospehkapel